Anoniem, 23
Sinds ik mij kan herinneren zijn mijn ouders blank en m’n broertje, net zoals ik, Chinees. Toch vindt men het belangrijk om er een soort van labels op te plakken. Als mensen mij vragen, “wie zijn dit” en ik antwoord met: “dit zijn mijn ouders en jongere broer”, is dat nooit genoeg. Nee, ze willen altijd weten of het mijn ‘echte’ ouders en broertje zijn.
Natuurlijk ben ik mij ervan bewust wat ze bedoelen en is het niet vreemd dat je dat op die manier vraagt. Je kent mij niet, in ieder geval niet goed genoeg. Wél kan deze vraag heel kwetsend overkomen. Voor mij is deze vraag echt heel pijnlijk. Het lijkt erop als ik zeg dat mijn (adoptie)ouders m’n ‘echte’ ouders zijn, het in de ander zijn of haar ogen niet correct is. Terwijl dat wel het geval is voor mij. Zij zijn mijn echte ouders. Zij geven mij de zorg en liefde die mijn biologische ouders niet konden geven, zij zorgen ervoor dat ik een dak boven mijn hoofd heb en zij zorgen ervoor dat ik kan studeren. Daarnaast zijn zij er altijd voor mij, kan ik alles kwijt bij hen en voel ik dat wij onvoorwaardelijk van elkaar houden. Zij zijn mijn ‘echte’ ouders. Voor mijn biologische ouders heb ik heel veel respect en zonder hen stond ik niet op deze wereld, maar zij voelen niet als mijn ‘echte’ ouders.
Mijn broertje is, net zoals ik, geadopteerd uit China. Wij zijn geen biologische familie. Toch deel ik lief en leed met hem, hebben we bijna 18 jaar lang in één huis gewoond en zijn we in alle opzichten broer en zus. Waarom is het dan zo nodig om dan te weten, als buitenstaander, dat we biologisch gezien geen broer en zus zijn. Het gaat toch om het nu?
Het doet mij iedere keer veel pijn als men mijn situatie omtrent m’n ouders en broertje willen weten. Alsof ik mij keer op keer moet verantwoorden en dat zij niet genoeg zijn. Alsof mijn ouders dus ‘minder’ ouder zijn dan een andere ouder die biologische kinderen heeft.
Sinds ik mij kan herinneren zijn mijn ouders blank en m’n broertje, net zoals ik, Chinees. Toch vindt men het belangrijk om er een soort van labels op te plakken. Als mensen mij vragen, “wie zijn dit” en ik antwoord met: “dit zijn mijn ouders en jongere broer”, is dat nooit genoeg. Nee, ze willen altijd weten of het mijn ‘echte’ ouders en broertje zijn.
Natuurlijk ben ik mij ervan bewust wat ze bedoelen en is het niet vreemd dat je dat op die manier vraagt. Je kent mij niet, in ieder geval niet goed genoeg. Wél kan deze vraag heel kwetsend overkomen. Voor mij is deze vraag echt heel pijnlijk. Het lijkt erop als ik zeg dat mijn (adoptie)ouders m’n ‘echte’ ouders zijn, het in de ander zijn of haar ogen niet correct is. Terwijl dat wel het geval is voor mij. Zij zijn mijn echte ouders. Zij geven mij de zorg en liefde die mijn biologische ouders niet konden geven, zij zorgen ervoor dat ik een dak boven mijn hoofd heb en zij zorgen ervoor dat ik kan studeren. Daarnaast zijn zij er altijd voor mij, kan ik alles kwijt bij hen en voel ik dat wij onvoorwaardelijk van elkaar houden. Zij zijn mijn ‘echte’ ouders. Voor mijn biologische ouders heb ik heel veel respect en zonder hen stond ik niet op deze wereld, maar zij voelen niet als mijn ‘echte’ ouders.
Mijn broertje is, net zoals ik, geadopteerd uit China. Wij zijn geen biologische familie. Toch deel ik lief en leed met hem, hebben we bijna 18 jaar lang in één huis gewoond en zijn we in alle opzichten broer en zus. Waarom is het dan zo nodig om dan te weten, als buitenstaander, dat we biologisch gezien geen broer en zus zijn. Het gaat toch om het nu?
Het doet mij iedere keer veel pijn als men mijn situatie omtrent m’n ouders en broertje willen weten. Alsof ik mij keer op keer moet verantwoorden en dat zij niet genoeg zijn. Alsof mijn ouders dus ‘minder’ ouder zijn dan een andere ouder die biologische kinderen heeft.
Ik probeer het steeds minder persoonlijk aan te trekken, wat lastig is. Als de ander vraagt of het mijn ‘echte’ ouders/broertje zijn, geeft ik het volgende antwoord: dat zijn ze zeker, want dat voelt zo voor mij. Als je wilt weten of het biologisch zo is, dan is dat een ander verhaal.