Eline, 25

Eline, 25

Mijn wortels zijn ontstaan bij mijn roots, ik groeide op in een andere cultuur en dat vormde mijn identiteit. Ik ben Eline Kuijper, 23 jaar en geadopteerd uit China toen ik 10 maanden oud was. Binnen het gezin speelde het hebben van een andere huidskleur nauwelijks een rol, maar in de buitenwereld werd ik wel geconfronteerd met ‘anders-zijn’. Door dit laatste kreeg ik de drang meer te willen weten over wie ben ik, op wie lijk ik, maar voornamelijk: ‘waar hoor ik thuis’. Met deze vragen bewandelde ik mijn route naar het vinden van mijn eigen identiteit om mij zo verder te ontwikkelen. 
In 2010 heb ik mijn biologische ouders gevonden. Dit was nog op jonge leeftijd en in mijn hoofd leek het allemaal een sprookje. Pas toen ik mijn biologische ouders gevonden had begon voor mij echt de zoektocht naar mijn eigen identiteit. Vragen waar ik dagelijks over na dacht zoals: “Waar hoor ik nu thuis? Voel ik mij nou meer Chinees of Nederlands?” of vragen en opmerkingen van buitenaf: “Wat spreek je goed Nederlands, is dat je echte zusje of broertje? Lijk je heel erg op je moeder of heb jij je karakter van je vader?” een stukje identiteit waar ik nog dagelijks mee geconfronteerd wordt door de maatschappij. 
Juist doordat ik geconfronteerd werd met ‘anders-zijn’ zocht ik erkenning bij andere geadopteerden, maar ook zeker herkenning. 
Daarom ben ik bezig met het opzetten van een expositie: Onder de loep. Hoe is het om Nederlands te zijn, maar er niet Nederlands uit te zien? In hoeverre voelen we ons verbonden met andere landen? Groeien we op “tussen” of “met” twee culturen? Met deze vragen, waar een geadopteerde dagelijks mee geconfronteerd wordt, wil ik met de expositie: Onder de loep doormiddel van verschillende kunstvormen naar buiten brengen. 

 

Simone, 28 (7)

Simone, 28 (7)

Op zondag 2 maart ging ik samen met mijn partner naar het MEMO museum in Amsterdam. 
Dat was de periode dat er vele opmerkingen werden gemaakt over Chinese mensen en het coronavirus. 
Wij gingen mee doen aan een experimenten in het kinderlab. Naast ons zat er twee volwassen en een kind naast ons. Ik zat naast een man. Op een gegeven moment merkte ik dat de man een foto maakte richting mij. Ik hoorde de man tegen de vrouw zeggen dat hij een corona grap wilde maken. Ik heb toen aangegeven dat ik er niet van gediend was dat hij ongevraagd een foto maakte van mij en dat ik de grap niet kan waarderen. De man excuseerde zich gelijk. Ik heb niet kunnen zien meer of hij deze foto nog doorgestuurd heeft. Ik vond het vooral belangrijk om mijn stem te laten horen dat ik er niet van gediend ben dat mensen dit zo doen. De enige gedachte die door mij heen schoot was dat de man en de vrouw een culturele achtergrond hebben. Ik begrijp dan niet zo goed dat je dit soort opmerkingen of grappen maakt. 
Ik vond deze situatie vooral heel ongemakkelijk. Er was toen weinig bekend over het virus, dus mensen leken het vooral grappig te vinden om hier vele ongepaste opmerkingen te maken richting mensen die er Chinees uit zien. Voor mezelf vond ik het belangrijk om te gaan na denken en relativeren: wat maakt dat de andere persoon deze opmerking maakt? Ik denk dat het te maken heeft met onwetendheid en de overgang tussen een onschuldige opmerkingen maken of een discriminerende/racistische grap is een grijsgebied. In mijn ogen is dat afhankelijk van je eigen grens en referentiekader. 
 

 
Miu, 19

Miu, 19

Vanaf mijn tiener jaren (10-11) heb ik mij vaak heel alleen gevoeld in mijn adoptie verwerking. Ik heb een liefhebbende moeder met wie ik alles kon delen, maar op een gegeven moment was dat niet meer genoeg. Ik was vanaf jongs af aan heel goed in het verbergen van mijn echte gevoelens en gebruikte dit ook als een masker om mij achter te verstoppen. Ik deed alsof ik het niet erg vond dat ik werd buitengesloten om mijn uiterlijk, alsof het mij niks uitmaakt dat ik nauwelijks echte vrienden had. 
Doordat ik mijn gevoelens verborg achter een boos masker, stootte ik mensen ook af. Ik was heel boos op de wereld. Ik snapte niet waarom ik, juist ik, was weggenomen van mijn eigen familie. Waarom was ik weggehaald uit die droomwereld om vervolgens te moeten rondlopen in een, voor mijn gevoel, niet kloppende omgeving. Die boosheid veranderde vaak in eenzaamheid en andersom. Ik voelde mij heel alleen met mijn verdriet en boosheid, het voelde als een soort holle ruimte in mijn borstkas die telkens maar groter werd. 
Uiteindelijk merkte mijn moeder op dat ik niet lekker in mijn vel zat. Zij kan mij zeer goed aanvoelen. 
Met veel moeite kon ik haar eindelijk vertellen hoe het nou echt met mij ging en wat ik al die tijd echt voelde en dacht. 
 
Zij heeft er voor kunnen zorgen dat ik naar een psycholoog mocht. Dit heeft mij heel erg geholpen met mijn verdriet en eenzaamheid, want eindelijk kon ik bij iemand mijn verhaal kwijt die zonder vooroordelen luisterde. Ik heb ongeveer driekwart jaar bij deze psycholoog gelopen. Twee jaar ben ik naar een andere therapeut geweest voor andere mentale belemmeringen en dit heeft mij uiteindelijke een stuk positiever en gelukkiger gemaakt. Natuurlijk heb ik nog eenzame dagen, die heeft iedereen wel eens, maar nu weet ik dat ik niet alleen met deze gevoelens hoef te blijven zitten. 

Hong-Lin, 20

Hong-Lin, 20

Vanaf mijn tiener jaren (10-11) heb ik mij vaak heel alleen gevoeld in mijn adoptie verwerking. Ik heb een liefhebbende moeder met wie ik alles kon delen, maar op een gegeven moment was dat niet meer genoeg. Ik was vanaf jongs af aan heel goed in het verbergen van mijn echte gevoelens en gebruikte dit ook als een masker om mij achter te verstoppen. Ik deed alsof ik het niet erg vond dat ik werd buitengesloten om mijn uiterlijk, alsof het mij niks uitmaakt dat ik nauwelijks echte vrienden had. 
Doordat ik mijn gevoelens verborg achter een boos masker, stootte ik mensen ook af. Ik was heel boos op de wereld. Ik snapte niet waarom ik, juist ik, was weggenomen van mijn eigen familie. Waarom was ik weggehaald uit die droomwereld om vervolgens te moeten rondlopen in een, voor mijn gevoel, niet kloppende omgeving. Die boosheid veranderde vaak in eenzaamheid en andersom. Ik voelde mij heel alleen met mijn verdriet en boosheid, het voelde als een soort holle ruimte in mijn borstkas die telkens maar groter werd. 
Uiteindelijk merkte mijn moeder op dat ik niet lekker in mijn vel zat. Zij kan mij zeer goed aanvoelen. 
Met veel moeite kon ik haar eindelijk vertellen hoe het nou echt met mij ging en wat ik al die tijd echt voelde en dacht. 
 
Zij heeft er voor kunnen zorgen dat ik naar een psycholoog mocht. Dit heeft mij heel erg geholpen met mijn verdriet en eenzaamheid, want eindelijk kon ik bij iemand mijn verhaal kwijt die zonder vooroordelen luisterde. Ik heb ongeveer driekwart jaar bij deze psycholoog gelopen. Twee jaar ben ik naar een andere therapeut geweest voor andere mentale belemmeringen en dit heeft mij uiteindelijke een stuk positiever en gelukkiger gemaakt. Natuurlijk heb ik nog eenzame dagen, die heeft iedereen wel eens, maar nu weet ik dat ik niet alleen met deze gevoelens hoef te blijven zitten. 

Anoniem, 24

Anoniem, 24

Contact met adoptiegroep 
 
Hoi lieve lezers, sinds december 1999 woon ik in Nederland. Ik ben geadopteerd toen ik 4 jaar was (al best wel oud), uit de stad Wenzhou (Zhejiang).Ik ben de oudste van mijn adoptiegroep. Van verhalen hoor ik dat onze ouders veel contact met elkaar hebben.Elk jaar werd er een reünie georganiseerd. Bij iemand thuis of in de dierentuin.Op een gegeven moment haakte wel wat families af, maar met een stuk of 6-7 families van de 10, waren we best hecht.Nu organiseren we de reünie zelf. Ik heb het twee keer om het 1,5 jaar georganiseerd.We hebben een appgroep, hier komen wat berichtjes en leuke foto’s voorbij, maar we spreken elkaar niet elke dag. We volgen elkaar ook op facebook/Insta/Snapchat.Ik ben de oudste in de groep en ik merk dat ik soms denk dat ik de groep juist bij elkaar moet houden. Dat dit mijn rol is. Ik vind het ook echt leuk om zoiets te organiseren. Ik denk dat we zo’n hechte groep zijn, omdat ik merk dat we allemaal wat gemeenschappelijks hebben. 
We hebben allemaal iets doorgemaakt wat ons heeft gemaakt/gevormd tot wie we nu zijn.Ons verhaal is uniek, maar toch stuk voor stuk anders en we zijn heel verschillend. Toch komen we uit dezelfde stad/provincie en land. Onze ouders hebben ons vanaf soms al een baby kunnen volgen, dat is bijzonder. Ze kwamen allemaal naar China voor hun kind. Ook hebben de ouders elkaars leven kunnen volgen en waren oprecht geïnteresseerd in elkaar, dat schept een band. De volgende afspraak die wij gepland hebben, is natuurlijk na het coronavirus en zonder ouders, waarschijnlijk wordt het sushi! 

Simone, 28 (6)

Simone, 28 (6)

Geen contact met adoptiegroep 
 
In mijn jeugd, hadden wij 1 keer in het jaar een reünie met de China groep. Mijn groep bestond uit vier geadopteerde chinezen: 1 jongen en drie meisjes. Ik was de oudste van deze groep. Onze groep bleef bestaan omdat onze ouders graag wilden afspreken. In mijn groep hadden de andere drie alle drie nog een chinees geadopteerde zus gekregen. Wij waren dus in totaal met 7. 
Toen ik naar de middelbare school ging, is de groep uit elkaar gevallen. Dit had te maken met dat de leeftijden enorm verschilde: 2-7 jaar verschil. Ik denk dat daardoor ook dat onze verbinding nooit sterk is geweest. Vroeger toen we bij elkaar kwamen, ging het ons om met elkaar spelen en gezellig chips en ijsjes eten terwijl de ouders nog wel eens terug keken en dachten aan hun reis naar China. 
Ik volg sommige nog via social media. Soms vind ik het wel jammer dat er weinig tot geen contact is, omdat die drie ook geadopteerd zijn uit hetzelfde weeshuis. Dat is iets wat je deelt. Maar ik vind het anderzijds ook heel erg leuk om hen via social media te volgen. Soms ben ik wel benieuwd hoe het met ze gaat en of zij net als ik nog veel aan China denken. Door het schrijven van dit verhaal, ga ik ze misschien toch eens een berichtje sturen om eens bij te kletsen. 

Anoniem, 16

Anoniem, 16

Ik ben anderhalf jaar als ik word geadopteerd door mijn lieve ouders. Toen ik in groep twee zat, begonnen de opmerkingen over het feit dat ik klein was en er anders uitzag dan de andere kindjes. Ik begon me af te vragen waarom ik anders was dan de rest. Mijn ouders hebben mij alles over mijn adoptie verteld wat ik wilde weten, maar zoals zij altijd gezegd hebben: ‘China is een prachtig land, maar heeft veel geheimen’. Sindsdien heb ik samen met mama brieven geschreven die ik denkbeeldig naar mijn ouders stuurde. 
Een tijd daarna zagen mijn ouders in dat ik niet lekker in mijn vel zat en werd gepest. Zij hebben mij naar een pedagoog gestuurd die mij enorm heeft geholpen door middel van EMDR therapie.  
Toen ik 13 jaar was, heb ik voor het eerst mijn kindertehuis en de plek waar ik te vondeling gelegd was bezocht. Het besef van deze bijzondere ervaring kwam pas een paar dagen later. Ik vond het lastig te verwerken en ik stond erachter dat ik ooit daarnaartoe terug zou gaan.  
Door mijn verleden heb ik soms te dealen met lastige zaken, zoals perfectionisme en faalangst. Bij ruzies in huis voelde ik me ongewenst, aangezien ik erbij was gekomen (hoorde ik misschien niet gewoon daar in China thuis?). Ook hiervoor hebben mijn ouders mij onlangs naar een therapeut gestuurd, dit keer met weinig (geen) succes. Ik gaf sociaal gewenste antwoorden en ik voelde me daar niet huis. Ik wilde zo snel mogelijk weg. Voor mijn gevoel had ik gefaald waardoor ik daar terecht was gekomen.  
Nu liggen er twee DNA pakketten thuis waarmee ik mijn eerste stap richting mijn grootste wens heb gezet. Als alle omstandigheden het toelaten, wordt 2021 mijn jaar, het jaar waarin ik hoop mijn biologische ouders te vinden 

Simone, 28 (5)

Simone, 28 (5)

Voor mij is het belangrijk dat mijn Chinese achtergrond in mijn leven zichtbaar is. Ik heb altijd tegen Dirk gezegd, “Als jij mij ten huwelijk wil vragen, doe dit dan in China. Dan komt het heden en het verleden samen”. Dirk heeft mijn wens in vervulling laten gaan. 
In Yangshao in juli 2017, deed Dirk een huwelijksaanzoek. Ik zei natuurlijk ja!  
In augustus 2018 hebben wij onze liefde in Brabant bevestigd. 
In het bevestigen van onze liefde, vonden wij het erg belangrijk dat ook de Chinese cultuur aanwezig was, waaronder een Chinese theeceremonie, een Chinese jurk en veel Chinees eten. Ik ben namelijk zowel Chinees als Nederlands. 
Ik wil jullie graag iets vertellen over een Chinese theeceremonie. Bij de theeceremonie staat het volgende centraal: Een bruid wordt symbolisch geïntroduceerd aan de familie van de bruidegom. Dit gaat op een bepaalde volgorde. Eerst krijgen de ouders van de bruidegom thee en daarna gaat het van oud naar jong. Het bruidspaar ontvangt dan van de gasten de welbekende rode envelop met daarin geld of een sieraad. Bij deze thee ceremonie wordt er vaak zoete thee geschonken. Volgens de Chinese traditie brengt zoete thee geluk en zorgt dit voor een goede relatie tussen de bruid en haar nieuwe familie. 
Dirk en ik hebben hier zelf een vertaalslag van gemaakt: Eerst hebben we beide opa’s thee gegeven. Dit omdat we het respect voor de opa’s erg hoog hebben staan. Daarna de ouders, de andere familieleden en we eindigde de theeceremonie bij onze vrienden. 

Nikwi, 25 (3)

Nikwi, 25 (3)

Jij bent toch die Chinees van de snackbar?” Nee, dat ben ik niet. Ben ik dan een ‘gewone Nederlander’? Nee, ik ben wel anders. Mijn moeder was niet negen maanden zwanger van mij en ze heeft mij pas gekregen toen ik zes maanden oud was. Maakt dat hen minder mijn ouders? Zeker niet. Ze hebben mij opgevoed met warmte, liefde, eten, onderdak en met de veiligheid die ze konden bieden. Maar waarom word ik dan vergeleken met de Chinees van de snackbar? Ik beschouw mezelf niet tot het ras: Chinees. Anderen denken daar klaarblijkelijk anders over. Voor sommige hoor ik tot het ras: Nederlander. En dat is prettig, want daar vind ik mijzelf ook het meest passend in. Ik ben opgegroeid in Nederland, ik praat Nederlands, ik respecteer en erken de cultuur en ik volg de normen en waarden van Nederland. Wat ontbreekt er dan nog? Oh, juist ja. Mijn uiterlijk. Daarmee kom ik gelijk op het meest pijnlijke punt van dit onderwerp: acceptatie. Ik kon toen ik 10 jaar oud was niet accepteren dat ik een Chinees uiterlijk had en dat achtervolgde mij. Ik werd gepest met: vieze Chinees, kut spleetoog en bamibal. Ik had nul erkenning voor mijn uiterlijk. Ik haatte mezelf, want iedereen om mij heen deed dat kennelijk ook. Gelukkig werd ik ouder en begreep ik meer dat het lag aan de mensen om mij heen die kortzichtig waren. Ik leerde een Chinees kennen, Sheng. Hij heeft mij op mijn 16e geleerd om trots te zijn waar ik vandaan kom. Het heeft mij erg geholpen om inderdaad deze trots te kweken en blij te zijn met mijn uiterlijk. Ik ben nu 25 en krijg af en toe voornamelijk wat racistische opmerkingen naar mijn hoofd. Door mijn manier van kijken naar mezelf, voel ik mij minder aangevallen. En ga ik sneller het gesprek aan, dan vertel ik dat iets mij emotioneel kwetst of dat ik niet gediend ben van bepaalde opmerkingen. Het helpt. Mensen luisteren en geven vaak aan dat ze het zeker niet bedoelde zoals het bij mij binnenkwam. Of ze bieden hun excuses aan. 
 

Anoniem, 20

Anoniem, 20

Mijn hele leven worstel ik met hechtingsproblemen. Als gevolg van hechtingsproblemen mis ik een gevoel van stabiliteit en veiligheid in mezelf en anderen. Met als gevolg dat situaties en mensen vaak verwarrend, chaotisch en onvoorspelbaar voor me zijn. Daarom ben ik vaak overdreven oplettend en bouwt spanning zich snel bij me op die er soms als een vulkaanuitbarsting aan emoties uit kan komen. Dan voel ik me vaak boos en agressief. Aan de ene kant wil ik alleen gelaten worden, maar tegelijkertijd ben ik doodsbang om alleen te worden gelaten. Waardoor ik gevangen zit tussen twee uitersten en vaak helemaal gek word van mezelf. Vaak speel ik de rol van het lieve en rustige meisje dat overal begrip voor heeft, maar eerlijk gezegd kan empathie, je heel bewust inleven in iemand anders, ontzettend moeilijk zijn door hechtingsproblemen. Omdat inlevingsvermogen vereist dat je jezelf losmaakt van je eigen emoties en issues en ik vaak in gevangen zit in mijzelf door de problemen die komen met een slechte hechting. 
Hechtingsproblemen maken het aangaan en onderhouden van relaties ook vaak ontzettend lastig. Om een relatie te laten werken is een zekere mate van openheid en kwetsbaarheid vereist en dat is waar ik vaak dichtklap omdat ik er niet goed mee om kan gaan als iemand emotioneel (te) dichtbij komt en ik geen controle over de situatie heb. Vaak wens ik dat mensen zouden begrijpen dat onveilige hechting je kwetsbaar maakt voor trauma.